Lessen
Aantal vragen: 20
Goed: 0
Fout: 0
Een botsing bij het varen:
- de aanvaring
- de veerboot
- het passagiersschip
Een schip dat gemaakt is om veel mensen te vervoeren:
- contact onderhouden
- de scheepsramp
- het passagiersschip
in grote moeilijkheden of in gevaar zijn:
- het noodsignaal
- onderbrengen
- in nood zijn
Met elkaar praten of schrijven als je niet bij elkaar kunt zijn:
- contact onderhouden
- het noodsignaal
- de veerboot
Buiten op de vloer van een schip:
- aan dek
- de aanvaring
- het passagiersschip
Een plek waar kinderen door de weeks wonen:
- het schipperskind
- het internaat
- vergaan
Doodgaan door een ongeluk:
- omkomen
- de kooi
- afgezonderd
Een boot die dagelijks tussen twee plaatsen vaart:
- het passagiersschip
- de veerboot
- de aanvaring
Zorgen dat iemand veilig is en goed verzorgd wordt:
- onderbrengen
- de aanvaring
- het schipperskind
Zinken na een ongeluk:
- vergaan
- het passagiersschip
- aan dek
Iemand die reist in een auto, trein of schip:
- de passegier
- vergaan
- de kooi
Een teken dat je geeft wanneer je in nood bent:
- de aanvaring
- de marine
- het noodsignaal
Apart, alleen, eenzaam:
- tragisch
- onderbrengen
- afgezonderd
Het deel van het leger dat op schepen en op het water werkt:
- vergaan
- de marine
- contact onderhouden
Een groot en ernstig ongeluk met een schip:
- onderbrengen
- het passagiersschip
- de scheepsramp
Een bed in een boot:
- onderbrengen
- het schipperskind
- de kooi
Een reis over het water:
- de passegier
- de overtocht
- tragisch
Heel erg en droevig, maar niemand kan er iets aan doen:
- tragisch
- afgezonderd
- het internaat
Het kind van ouders die op een binnenvaartschip wonen en werken:
- het passagiersschip
- het schipperskind
- het noodsignaal
Wat je doet om iemand die in nood is te helpen:
- de reddingsactie
- contact onderhouden
- de aanvaring